Blog: Doorleven

“Hoe zou het voor jou zijn, om stil te staan bij alles wat je verloren hebt?” In haar begeleiding van ouders die te maken hebben met Levend Verlies, stelt Tanja van Roosmalen deze vraag regelmatig. Het antwoord dat ouders geven is heel verschillend.

Tanja van Roosmalen is orthopedagoog en rouw- en verliestherapeut. “Veel ouders met een kind met een beperking hebben één of meer overspoelende gebeurtenissen meegemaakt, waarbij een groot gevoel van controleverlies optrad. Ze hebben hun kind naar de OK zien gaan voor een hartoperatie. Of hun kind is moeilijk instelbaar op epilepsie. Zo’n overspoelende gebeurtenis leidt tot een trauma, waardoor ouders in een overlevingsstand komen.”

Tanja legt beeldend uit wat zo’n trauma voor gevolg heeft: “De poort van je hart gaat op slot voor alle gevoelens en je richt je volledig op dat wat je wél kunt controleren. Ouders leggen zich vierentwintig uur per dag toe op de zorg voor hun kind. Of lezen alle onderzoeken die er zijn, waarna ze desnoods naar de andere kant van de wereld reizen voor die ene arts of behandeling.”

Als mensen in deze overlevingsstand zitten en er niet aan toe zijn om stil te staan bij wat ze verloren hebben, vraagt Tanja ouders hoe lang ze dat nog kunnen volhouden. “Soms is overleven nodig, gedurende een bepaalde tijd. Maar als je je gevoelens te lang ondergronds houdt, ga je daar uiteindelijk óók aan onderdoor.”

In plaats van overleven zoekt Tanja uiteindelijk met ouders naar een duaal proces* van doorléven en dóórleven. “Enerzijds is het nodig voor ouders dat ze de situatie doorléven, de impact toelaten, de gevoelens onder ogen komen. Vanuit dat doorleefde gevoel is er vervolgens ruimte om weer naar de toekomst te kijken, de focus te houden op de mogelijkheden. Alleen door regelmatig te doorléven kunnen ouders ook dóórleven.”

Benieuwd naar het hele gesprek met Tanja van Roosmalen? Luister aflevering 7 en aflevering 8 van onze podcast!

* Duale procesmodel van omgaan met verlies (Stroebe & Schut)

Beeld: pexels.com